In dit onderdeel zijn de resultaten van het onderzoek omtrent de concrete acties die ik heb ondernomen ondergebracht. Deze resultaten zijn onder andere bekomen door observatielijsten te gebruiken.

Schilderen
Wanneer ik deze nieuwe activiteit vergelijk met mijn observaties van eerdere activiteiten zoals bingo of petanken merkte ik dat deze activiteit veel meer interactie kansen bood.
Bij bingo moeten ze zich heel fel concentreren tijdens het spel zelf op de cijfers en tussendoor kon er wel een gepraat worden, maar tijdens het schilderen of kleuren was er voortdurend wel iemand in gesprek of was er iemand wel aan het praten.
Dit merkte we ook aan de kinesisten die zich in hetzelfde lokaal bevonden en die achteraf tegen mijn mentor zeiden dat het te luidruchtig was. Dit gaf ook aan voor mij en mijn bewoners dat de activiteit geslaagd was.
Koffiezittijd
Zoals bij elke activiteit is het belangrijk om te weten wat de bewoners zouden interesseren. Bij de koffiezittijd had ik dus aandacht voor kaarten, boekjes, gespreksstof en bingo.
Al snel merkte ik via observatie dat de eerste keer koffiezittijd een succes was. De mensen waren volop aan het praten en waren in gesprek. Zo waren er ook drie bewoners die met de kaarten wilden spelen en het mij wilden aanleren.
Er waren ook enkele bewoners in gesprek met mijn mentor en nog anderen waren in een boekje aan het kijken.
Dit geeft ook aan dat er in het algemeen geen groot gesprek was, maar dat er onderling gesprekken bezig waren.
Wanneer ik dit de tweede keer organiseerde, was het "nieuwe" ervan af, maar toch wilden nog steeds bewoners komen. Toen ik koffiezittijd combineerde met bingo, merkte ik dat we soms meer aan het praten waren over koetjes en kalfjes dan dat we aan het spelen waren.
Ook zijn we op een bepaald moment in een discussie gegaan tijdens een koffiezittijd, of er nu een frituur dichtbij het rusthuis was of niet. Hierover hebben we een hele tijd over gepraat en hebben we zelf op gsm's zitten opzoeken of het nu bestond of niet.
Tijdens de interviews heb ik ook gegevens er kunnen uithalen dat de bewoners het wel eens fijn vonden om samen koffie te drinken en een spelletje te spelen, in combinatie met een babbeltje doen.
Reminiscentie
Door op voorhand een gesprek te hebben gepland met de psycholoog, wist ik welke onderwerpen de bewoners zouden interesseren. Als je onderwerpen neemt waar de bewoners graag over praten, zullen zij hier meer over willen praten en aandachtiger zijn bij het gesprek dat plaats vindt.
Het onderwerp dat bij mijn reminiscentie sessies aan bod zijn gekomen is huwelijk, trouwen, samenwonen, broers-zussen, gezinssituatie.
Omdat ik op voorhand ook met veel bewoners in gesprek ben gegaan, kenden zij mij ook al en voelden ze zich veilig bij mij.
Tijdens de reminiscentie had ik de voorwerpen als trigger ook al blootgesteld, zo konden ze deze al eens bekijken wanneer ik nog mensen ging halen.
Uit de interviews die ik heb afgenomen en de observatielijst(en) die te vinden zijn in mijn onderzoeksmap, heb ik de gegevens kunnen bekijken en kunnen vergelijken. Zo merkte ik vanuit de observaties dat de bewoners zich veilig voelde, dat ze het gezellig vonden om naar elkaar te luisteren en het geen probleem vonden dat ze een koffie dronken buiten hun kamer. Dit is uiteraard een groot verschil met gewoon alleen op de kamer drinken, waar in principe niemand bij komt zitten.
Doordat er een bewoner ook zelf een huwelijksportret was gaan halen, merkte ik ook dat zij zich veilig genoeg voelde om erover te praten en herinneringen te delen met ons. Doordat zij deze foto was gaan halen, steeg de interactie ook binnen onze groep. Iedereen wilde de foto bekijken en wilde zijn mening hierover geven.
Vanuit de interviews heb ik ook enkele resultaten eruit kunnen halen. De mensen hadden het gevoel dat ze genoeg aan bod kwamen tijdens het gesprek, het was voor herhaling vatbaar en de onderwerpen spraken hen aan. Eén bewoner merkte wel op dat zij het niet zo fijn vond om over enkele onderwerpen te praten, omdat zij niet veel geld hadden en andere wel en dat het verschil dus groot was. Ondanks dat ik dit niet wist op het moment zelf tijdens de reminiscentie sessie, hield ik altijd rekening met bewoners die er liever niet over praatten.
Thematisch werken
Het thematisch werken verliep voornamelijk ook via observaties om resultaten te bekomen. Wanneer ik mijn versieringen ophing of iets op de tafel legde, werd er meteen al gevraagd aan elkaar of aan de verzorgers wat ik aan het doen was. Als ik dit vergeleek met mijn eerdere observaties de eerste dag was dit al een groot verschil.
Wanneer ik dit uitlegde, waren ze enthousiast. Zo was er ook iemand bij thema Valentijn die vroeg of ze verder mocht versieren met de bloemblaadjes en de hartjes.
Doordat ik versierden wanneer zij aan het eten waren, zagen ze ook duidelijk dat ik iets van plan was. Daarnaast gaf mij dit ook de kans om hen te bevragen waar ik iets mocht hangen. Dit lokte natuurlijk ook interactie uit tussen de bewoners zelf want de ene vond het goed en de andere wilde het zo.
Bij het thema carnaval en het veranderen van het lokaal naar een meer huiselijke sfeer, kwamen de meeste reacties naar boven.
Zo was er een bewoner die tijdens carnaval ook een bril had opgezet van de versiering en zo door het rusthuis had gereden met zijn rolstoel. Voor de andere bewoners was dit ook grappig te zien wat ook veel reacties uitlokte.
Daarnaast, door de schilderwerken, konden we de eetzalen huiselijker aankleden. Doordat het zo een groot verschil was en omdat de schilderwerken ook nog steeds aan de gang waren op andere plaatsen, bevorderde dit ook enorm hard de interactie. Zo waren de bewoners steeds zich aan het bevragen hoe lang het nog ging duren, welke kleuren verf het zou worden en wanneer ze hun nieuwe plaatsen hadden gekregen in de eetzaal, gingen ze kijken waar hun naam kleefde en gingen zo in gesprek met elkaar van waar ze zaten en dergelijke. Tijdens het eten zelf was de interactie ook meer aanwezig tussen de bewoners in vergelijking met mijn eerste observatie. Aangezien we ook de ruimte hadden aangekleed, begonnen ze daarover ook te praten.
Algemeen
Ik zorgde tijdens activiteiten ook dat ik genoeg oog had voor elke bewoner. Zoals in onze kleuteropleiding, zorgde ik ervoor dat ik de bewoners zag en hen ook vragen stelde. Interactie ontstond doordat er een band opgebouwd werd. Zij leerde mij ondertussen kennen, waardoor ze zich ook veilig genoeg voelde om gesprekken te starten of te praten over het verleden.
Zo creëer je een veilige basis of haven voor de bewoner en voelen zij zich veilig genoeg om in interactie te gaan met jou. Het bevorderen van de interactie gebeurd het liefst ook in samenwerking met andere personen.
Bezoekers, familieleden en vrijwilligers kunnen een grote meerwaarde zijn om interactie te bevorderen bij de bewoners. Zo kunnen zij ook meedoen met activiteiten en onbewust spreekstof geven, daarnaast zijn zij automatisch ook een veilige haven voor de bewoner zelf.
Naast interviews afleggen met de bewoners, heb ik mij ook gefocust op het observeren en het bevragen van de werknemers.
De veranderingen in activiteiten en 'omgeving' heeft ook een positief effect gehad op de werknemers, vooral deze van de animators. Hun ogen zijn geopend over het feit dat er zeker iets nieuws geprobeerd mag worden en dat het zeker wel een uitdaging is, want als je het niet doet weet je ook niet wat het teweeg gaat brengen.
De zorgkundigen van de eerste verdieping waren ook zeer tevreden over de koffiezittijd en het feit dat ik het durfde anders aan te pakken. Ook het thematisch inrichten van de eetzalen deed hen beseffen dat dit zeker effect heeft op de bewoners. Het kan dus ook anders.
Natuurlijk zijn er altijd verschillende visies en waren de gelijkvloers en de tweede verdieping minder enthousiast over de veranderingen. Dan rest nu nog alleen de oplossing dat de eerste verdieping laat zien wat veranderingen teweeg kunnen brengen voor de bewoners.
Maak jouw eigen website met JouwWeb